1:43
Resin
04025
Een poging de trend te volgen
Als men de belangrijkste trends in de ontwikkeling van de automobiel zou moeten noemen die gedurende het hele decennium van de jaren ‘30 opgang deden komt men uit bij twee belangrijke ontwikkelingen. De ene was de zoektocht naar de ‘auto voor het volk’ en de andere was de poging de motor achterin het voertuig in te bouwen. Hoe beide ideeën samenkwamen in Porsche’s ontwerp van de Volkswagen zal genoegzaam bekend zijn.
Ook de Auto-Union AG - in 1932 ontstaan bij het samengaan van de firma’s Audi, DKW, Horch en Wanderer - kon zich niet aan deze tijdgeest onttrekken. Begin 1933 ontstond in de DKW-fabriek in Berlijn Spandau een gestroomlijnd prototype met achterin een 600cc tweecilinder motor. Het koetswerk was in de nazomer van 1932 door Horch’s carrosserieontwerper Hermann Ahrens getekend. Naast het ontwerp van een Horch met, zoals bij de Tatra 77, een V8 achterin, was de DKW zijn laatste ontwerp voordat hij de overstap naar Daimler-Benz maakte.
Zoals in Spandau gebruikelijk werd de hele carrosserieopbouw in met kunstleer bespannen hout uitgevoerd. De rijeigenschappen van dit unieke exemplaar waren in vergelijking met de voorwielaangedreven DKW’s echter aanmerkelijk slechter geworden en konden, volgens een bericht uit die tijd “de Auto Union er niet toe bewegen de voorwielaandrijving van de kleine DKW ontrouw te worden”.
Met betrekking tot dit prototype zijn, behalve twee regels in de notulen en enkele foto’s, geen documenten bewaard gebleven. Het bleef bij deze ene auto, die met kenteken IV-36142 op de weg werd toegelaten en waarvan het lot onbekend is.